2. Licht: Gebruik van licht
Planten maken op 3 manieren gebruik van licht :
- photosynthese
- photomorphogenese
- photoperiode
Photosynthese
Photosynthese is het proces waarbij de plant energie afkomstig van straling (licht) omzet in chemische energie in de vorm van suikers (sacchariden). Deze energie is nodig om complexe organische verbindingen te kunnen maken en is dus essentieel voor de groei van een plant.
De bovenstaande reactie-vergelijking is de meest simpele vorm om dit ingewikkelde proces uit te drukken : onder invloed van licht wordt CO2 door de plant opgenomen, waarna uiteindelijk suikers en zuurstof ontstaan.
Photomorphogenese
Onder deze term verstaan we het effect van licht op de groei van planten. Als we planten alleen onder blauw of rood licht laten groeien, dan krijgen ze een verschillende verschijningsvorm :
Uit figuur 1 kunnen we duidelijk afleiden dat planten zowel rood als blauw licht nodig hebben om een normale vorm en groei te kunnen verkrijgen. Overigens is de behoefte aan blauw licht slechts een fractie van de behoefte aan rood licht. Zwak inschijnend daglicht in een aquarium kan die behoefte aan blauw licht al snel dekken.
Photoperiode
De photoperiode is de lichtduur die de plant behoeft om een goede groei te krijgen. Deze periode is genetisch vastgelegd en kan per plantensoort verschillen.
Uit de tuinbouw kennen we zogenaamde korte-dag-planten of lange-dag-planten. Bloei en groei worden bepaald door de daglengte ofwel de tijd dat er licht is en photosynthese kan plaatsvinden.
Echter, onze aquariumplanten komen meestal uit tropische gebieden rondom de evenaar en de lichtduur is daar altijd ongeveer 12 uur. Als we de situatie in een tropische rivier bekijken dan zien we het volgende :
De zon schijnt weliswaar voor 12 uur, maar de lage stand van de zon gedurende zonsopgang en zonsondergang alsmede de overschaduwende begroeiing zorgt ervoor dat de lichtintensiteit niet voldoende is voor een optimale photosynthese. Als de zon wat hoger komt en meer in de rivier kan schijnen, dan is er wel voldoende licht voor een goede plantengroei in het water.
Overigens wisselen de condities in de tropen nogal. Bewolking of regen maakt dat de lichtintensiteit afneemt. Normaal gesproken is de intensiteit nog steeds voldoende. Alleen de snelheid waarmee de plant groeit, neemt onder zulke condities natuurlijk iets af.
Duidelijk blijkt uit figuur 2 dat we aquariumplanten minimaal gedurende 9 uur moeten belichten tot maximaal 12 uur. Langer als 12 uur heeft geen zin, omdat genetisch bepaald is dat de maximale effectieve photosynthese-periode reeds gehaald is. De plant zal dan ook stoppen met de photosynthese en overgaan op zijn andere mechanisme : het metabolisme (zie artikel 1).